Onderhoud

Onderhoud van Dakgoten

Een van de grootste bedreigingen voor de levensduur van goten is het gebrek aan kennis bij eigenaren en beheerders. Vaak wordt er geen of onvoldoende onderhoud uitgevoerd, waardoor gebreken pas aan het licht komen als het te laat is. Slechts één keer per jaar de goot laten reinigen is bij lange na niet genoeg. Daarnaast ontstaan veel problemen door onjuiste detaillering of verkeerd materiaalgebruik. Hieronder enkele belangrijke aandachtspunten:

  • Gebruik langere lengtes. Beperk het aantal soldeerverbindingen door langere gootstukken toe te passen. Tegenwoordig kunnen deze in lengtes tot 3 meter worden gezet.
  • Zorg voor een voldoende hoge achteropstand. De achteropstand moet altijd duidelijk hoger zijn dan de vooropstand – bij voorkeur 30 mm – en voorzien zijn van een enkele fels van 15 mm als waterkering.
  • Voorkom waterschade bij lage achteropstanden. Bij bestaande goten met een te lage achteropstand kun je een verklikker of spuwer aan de voorzijde aanbrengen. Door een verlaging van de buitenopstand of een ingesoldeerd pijpje kan water bij verstopping via de voorzijde weglopen. Zo komt het niet in de constructie terecht en wordt de eigenaar of beheerder direct gewaarschuwd.
  • Zorg voor voldoende afschot. Een afschot van 2 tot 10 mm per meter is essentieel om het water snel af te voeren.
  • Beperk de lengte van gootstukken. Delen langer dan 8 à 10 meter moeten worden onderbroken door een broekstuk of, in uitzonderlijke gevallen, een expansiestuk. Een expansiestuk gebruik je alleen als een broekstuk niet mogelijk is, bijvoorbeeld wanneer het stroomprofiel behouden moet blijven of er te weinig afvoermogelijkheden zijn. Houd er rekening mee dat een goot opdelen met broekstukken extra afvoeren vereist, wat de voorkeur heeft maar niet altijd uitvoerbaar is.
    Een expansiestuk bestaat uit een strook dubbel gevulkaniseerd rubber tussen twee koperstroken, die uitzetting van de gootdelen opvangt. De levensduur hiervan is beperkt tot circa 20 à 25 jaar.
  • Laat gootdelen vrij bewegen. Bevestig gootstukken nooit met nagels in de bodem of op de neuslijst, en leg ze niet te strak in de betimmering. Zo kunnen ze vrij uitzetten en krimpen. (Gootstukken zijn de afzonderlijke delen binnen een gootdeel; een gootdeel is het traject tussen twee broekstukken of een expansieband.)
  • Reinig en inspecteer regelmatig. Goten moeten idealiter twee keer per jaar – in het voor- én najaar – worden schoongemaakt en gecontroleerd. Om verstopping te voorkomen kun je een boldraadrooster in de steekpijp van de afvoer plaatsen, al biedt dit niet in alle situaties een volledige oplossing.
  • Gebruik de juiste bevestigingsmaterialen. Voor het vastzetten van koperen gootbekleding moeten koperen klangen van 1,5 mm dik worden gebruikt.